Zoeken op soortnaam:
Soortenlijst
|
|
Infurcitinea teriolella
Amsel, 1954
Witkoptineamotje
|
« Vorige
| Volgende »
|
AfbeeldingenNomenclatuur| Sinds 1851 in Nederland gebruikte wetenschappelijke namen | Koster 2010: 45-46, Infurcitinea teriolella (Amsel)
Deze website: , nr. 110050 Infurcitinea teriolella (Amsel, 1954)
| | |
MorfologieAdult | | | | Verwijzing naar afbeeldingen | | Afbeelding in Parenti 2000: pl. 37 fig. 4 (wijfje). | | | | Afmetingen | | Spanwijdte 9,0-10,0 mm. | | | | Kop met aanhangsels | | Kop: ruw behaard, helderwit tot geelwit. Antenne: drievierde lengte voorrand voorvleugel; basale lid met kam, schaft aan de bovenkant donkerbruin en witachtig gestreept. Liptaster: kort, hangend, aan de binnenkant witachtig en van buiten donkerder, middelste lid aan het eind met afstaande donkere haren. Kaaktaster: klein. | | | | Borststuk met aanhangsels | | Borststuk: donkerbruin, sterk witachtig gemengd, evenals de schouderdeksels. Poten: grijsbruin met lichtgevlekte tarsen. Voorvleugel: donkerbruin met witte tekening en verspreide witte schubben; de tekening is onscherp begrensd, het duidelijkst zijn een achterrandvlek aan de wortel, een dwarsband op eenvierde (in het midden versmald, loodrecht op de voorrand), alsmede een voorrandvlek in het midden en daar schuin onder een achterrandvlek bij de staarthoek; de lichte tekening is besprenkeld met donkere schubben en soms min of meer verbonden door lichte schubben; franje gebroken wit met onregelmatige donkere delingslijnen. Achtervleugel: eenkleurig bruin, evenals de franje. | | | | Achterlijf met genitalien | | Achterlijf: ongeveer gekleurd als borststuk. Genitaliën: afbeeldingen van de mannelijke genitaliën geeft Petersen 1962: fig. 15; bij eerder gepubliceerde afbeeldingen ontbreekt de tand midden op de valve. | | | | Variabiliteit | | Door gebrek aan materiaal onvoldoende bekend. | | | | Herkenbaarheid | | Van Tineiden met gelijksoortige voorvleugeltekening te onderscheiden door de witte tot geelwitte kopbeharing. | | | Onvolwassen stadia | | | | Ei | | Onbekend. | | | | Rups | | Niet beschreven of afgebeeld. | | | | Pop | | Onbekend. |
OecologieLevenswijze en voedsel | | | | Rups | | Slechts bekend dat het larvale voedsel uit korstmossen (Lichenes) bestaat (Parenti 2000: tekstpagina bij pl. 37). Vrij zeker leeft de rups evenals die van andere Infurcitinea-soorten in spinselgangen. | | | | Adult | | De roltong is gereduceerd en waarschijnlijk niet functioneel. De vlinders komen op licht. | | | Biotoop | | De Nederlandse exemplaren zijn gevangen in een particuliere tuin binnen de bebouwde kom. | | | Geografische verspreiding | | | | Nederland | | Tot dusver alleen gevonden in een buitenwijk van Kerkrade (LI), waar A.E.P. Schreurs op 17.VI.2008 het eerste Nederlandse exemplaar met de lichtval ving (Koster 2010: 45-46); in de twee volgende jaren vond hij op dezelfde wijze steeds één exemplaar. Het is zeer waarschijnlijk dat de soort zich in Kerkrade heeft gevestigd. | | |
[Kaart in de NDFF Verspreidingsatlas]
| | | | Noordwest-Europa | | Niet gevonden. | | | 
[download kaart als pdf], [download kaart als pdf] | | | | Areaal | | Midden- en Noord-Italië, daarbuiten sporadisch. De soort is ontdekt in 1934 in Zuid-Tirol (Italië) (Amsel 1954: 16) en vervolgens nog op verschillende plaatsen in Italië, alsook in Frankrijk gevonden (Petersen 1962: 220; Gaedike 1983: 149); laatstgenoemde auteur noemt ook Oostenrijk, maar I. teriolella is niet opgenomen in de Oostenrijkse checklist (Huemer & Tarmann 1993). | | | Abundantie | | | | Levenscyclus en voltinisme | | De drie in Nederland gevonden adulten werden van half juni tot begin juli waargenomen. | | | | Aantalsbewegingen en economische betekenis | | Slechts losse vondsten bekend. |
LiteratuurAmsel, H.G., 1954. Neue oder bemerkenswerte Kleinschmetterlinge aus Österreich, Italiën, Sardinien und Corsica. Zeitschrift der Wiener Entomologischen Gesellschaft 39: 5-17.
Gaedike, R., 1983. Zur Kenntnis der paläarktischen Tineiden. Die Gattung Infurcitinea SPULER, 1910. Entomologische Abhandlungen Staatliches Museum für Tierkunde in Dresden 46: 121-150.
Huemer, P. & G. Tarmann, 1993. Die Schmetterlinge Österreichs (Lepidoptera). Systematisches Verzeichnis mit Verbreitungsangaben für die einzelnen Bundesländer. Innsbruck.
Koster, J.C., 2010. Faunistische mededelingen. In: M.J. van der Straten. Verslag bijeenkomst Sectie Snellen op 27 maart 2010 te Schoonrewoerd. Franje 13: 45-49.
Parenti, U., 2000. A Guide to the Microlepidoptera of Europe. Turijn.
Petersen, G., 1962. Beitrag zur Kenntnis der südeuropäischen Tineiden. Beiträge zur naturkundlichen Forschung SW-Deutschlands 21: 205-220.
|
|